Terug naar nieuwsoverzicht ‘Ondiepe en conventionele aardwarmte zijn cruciaal voor de warmtetransitie’

‘Ondiepe en conventionele aardwarmte zijn cruciaal voor de warmtetransitie’

Aardwarmte is een onmisbare bron voor de warmtetransitie en de potentie is enorm. Herman Exalto van EBN vertelt in een interview op EBN.nl over de laatste inzichten. Zijn advies aan de sector: “Zet in op geothermische projecten met goede kans van slagen, zoals conventionele en ondiepe aardwarmte.”

In het Masterplan Aardwarmte in Nederland van 2018 werd al benadrukt dat aardwarmte (geothermie) aanzienlijke potentie heeft als duurzaam alternatief voor het verwarmen van gebouwen, kassen en industriële toepassingen. Herman benadrukt dat deze visie onveranderd is gebleven. Aardwarmte speelt bovendien een cruciale rol in de warmtetransitie, aangezien we voor de uitdaging staan om drie miljoen huishoudens op warmtenetten aan te sluiten. Er zijn echter nog onvoldoende duurzame warmtebronnen beschikbaar, aangezien niet elke stad bijvoorbeeld gebruik kan maken van industriële restwarmte. De noodzaak van aardwarmte zal in de toekomst alleen maar toenemen om te kunnen voldoen aan de groeiende warmtevraag.

Voorlopig niet inzetten op Ultradiepe Geothermie

De afgelopen vijf jaar heeft EBN uitgebreid wetenschappelijk onderzoek verricht naar diverse vormen van aardwarmte, wat heeft geleid tot nieuwe inzichten. Herman benadrukt dat de organisatie momenteel aanzienlijk terughoudender is wat betreft ultradiepe geothermie (UDG). Het winnen van warmte op meer dan 4 kilometer diepte vereist kostbare technologie, en bovendien is het succes van UDG nog niet volledig duidelijk. Het in kaart brengen van de zeer diepe ondergrond blijkt buitengewoon lastig, onder andere vanwege onscherpe seismische lijnen. Dit bemoeilijkt het veilig en verantwoord plannen van boringen voor UDG. Daarom adviseert EBN de sector om zich te richten op haalbare vormen, zoals conventionele en ondiepe aardwarmte.

Conventionele aardwarmte biedt de beste perspectieven

Conventionele aardwarmte wordt onttrokken uit aardlagen op dieptes tussen ongeveer 1.000 en 3.000 meter, waarvoor diverse bewezen technieken beschikbaar zijn. Volgens Herman liggen de beste kansen op korte en middellange termijn dan ook bij deze vorm van aardwarmte. Dit benadrukt hij met name vanwege de huidige schaarste aan personeel en middelen, waardoor prioriteit moet worden gegeven aan deze projecten. Het uitvoeren van aardwarmteprojecten op dit niveau biedt tevens de mogelijkheid om ervaring op te doen met innovatieve exploratiemethodes.

Lees het volledige interview op EBN.nl